Econometric Game – invloed van Airbnb op woningprijzen in Amsterdam

Nieuws

13 april 2021

Elk jaar is de Universiteit van Amsterdam gastheer van het Econometric Game, een van de meest prestigieuze projecten georganiseerd door de studievereniging voor Actuariële Wetenschappen, Econometrie & Operationele Research (VSAE) van de Universiteit van Amsterdam.

Verder lezen

De Econometric Game werd dit jaar 8 en 9 april online gehouden via de Universiteit van Amsterdam. Dertig teams van over de hele wereld streden tegen elkaar om hun econometrische kennis toe te passen op een casus en de winnaar te worden van de Econometric Game 2021. Dit jaar ging de casus over Airbnb en woningprijzen in Amsterdam.

Effect op woningprijzen

Voor Corona waren er wel 150 miljoen gebruikers wereldwijd en 6 miljoen listings in meer dan 65000 steden. De eerste Airbnb listing in Amsterdam was in 2008 maar het aantal listings is sindsdien geëxplodeerd. Dit heeft een enorme impact op de lokale economie en woningmarkt gehad. De woningprijzen in Amsterdam zijn de afgelopen jaren enorm gestegen. De teams keken in hoeverre de opkomst van Airbnb invloed heeft gehad op de woningprijsontwikkelingen in Amsterdam, een nationaal en internationaal zeer maatschappelijke, en beleidsrelevante vraag.

Bijdrage brainbay

Brainbay, aanbieder van data services en inzichten met betrekking tot de Nederlandse vastgoedmarkt, stelde gegevens ter beschikking voor de casus. De jury, bestaande uit Hans Koster (VU University Amsterdam), Fonger Ypma (CEO Brainbay), en Martijn Dröes (Universiteit van Amsterdam), gaven hun deskundig oordeel over de rapporten van de teams.

Winnaar

De winnaar van de Econometric Game 2021 is Lund University (Zweden). Hun rapport werd door de Jury geroemd om zijn duidelijke theoretische context en het onderzoeken van de heterogeniteit in het effect van AIRBNB op woningprijzen. Het winnende team concludeert dat Airbnb een prijsopdrijvend effect heeft gehad op woningprijzen in Amsterdam. Elke 100 Airbnb listings binnen 250m van een huis heeft een prijsopdrijvend effect van 5-12%. Het zetten van (hoge) vraagprijzen speelt hierin een belangrijke rol.